Menu
in

Celsius en Tether bereiken overeenkomst over geschil rond Bitcoin-liquidatie

In een opvallende ontwikkeling binnen de cryptocurrency-sector heeft Celsius een schikking weten te bereiken met Tether, wat resulteert in een betaling van $299,5 miljoen. Deze oplossing komt na bijna een jaar van juridische spanningen, veroorzaakt door geschillen rondom een aanzienlijke liquidatie van Bitcoin-onderpand.

Het conflict ontstond aanvankelijk toen Celsius probeerde om een ongelooflijke $4,3 miljard terug te vorderen, vanwege vermeende onterecht uitgevoerde liquidaties van zijn Bitcoin-posities die door Tether werden gehouden.

Achtergrond van het geschil

Het juridische conflict ontstond toen Celsius Tether beschuldigde van het liquideren van een aanzienlijke positie van 39.452 Bitcoin zonder zich aan de afgesproken contractvoorwaarden te houden. Celsius stelt dat de liquidatie te vroeg plaatsvond, zonder de afgesproken 10-uurs kennisgevingstermijn in acht te nemen.

Ondanks de omstreden aard van de claims, heeft de recente schikking de juridische druk verlicht die sinds augustus 2024 heeft gewogen op de betrokken partijen.

Gevolgen van de schikking

Deze overeenkomst markeert een belangrijk moment in de afhandeling van een van de laatste rechtszaken die voortkwamen uit de chaotische nasleep van de bullmarkt van 2021. Tijdens deze periode vielen verschillende investeringsfondsen en tussenpersonen om. Celsius, onder leiding van Alex Mashinsky, is sinds 2022 verwikkeld in faillissementsprocedures.

De schikking met Tether wordt gezien als een belangrijke stap in het verdere beheer van het faillissement.

De rol van Tether en het Blockchain Recovery Investment Consortium (BRIC)

Tether heeft steeds benadrukt dat het binnen de contractuele kaders heeft gehandeld bij het verstrekken van leningen aan Celsius. Documenten die bij de rechtbank zijn ingediend, tonen de inzet van Tether om de benodigde juridische vereisten te volgen. De specifieke details van de schikking, naast de financiële compensatie, zijn echter nog niet bekendgemaakt.

De onderhandelingen werden mogelijk gemaakt door het Blockchain Recovery Investment Consortium (BRIC), een samenwerking tussen GXD Labs en VanEck. Dit consortium richt zich op het beheer van illiquide portefeuilles, met name die waarin complexe vorderingen zijn betrokken, zoals de kwestie die vandaag is opgelost.

Reacties van belangrijke betrokkenen

David Proman van GXD Labs toonde zich tevreden over de snelle afronding van de onderhandelingen. “We zijn blij te kunnen aankondigen dat we de kwestie met Tether hebben opgelost.

Bovendien zijn we tevreden met de tijdlijn waarop we deze overeenkomst hebben bereikt,” aldus Proman. Ondertussen bevestigde Paolo Ardoino, CEO van Tether, de schikking via zijn sociale media, maar hij gaf geen specifieke cijfers prijs.

De bredere context van geschillen in de cryptocurrency

De schikking tussen Celsius en Tether is een voorbeeld van de voortdurende uitdagingen waar bedrijven in de cryptocurrency-sector mee te maken hebben. De nasleep van de marktstijging in 2021 leidde tot een reeks opvallende faillissementen, waardoor verschillende juridische strijdpunten ontstonden terwijl betrokken partijen probeerden hun verliezen te verhalen.

Nu het stof van deze turbulente gebeurtenissen neerdwarrelt, kan deze schikking andere bedrijven helpen die met soortgelijke problemen worstelen om tot een vreedzame oplossing te komen.

Terwijl de cryptocurrency-industrie blijft evolueren, is de betekenis van juridische kaders en overeenkomsten niet te onderschatten. Belanghebbenden in de sector moeten zich een weg banen door een complex netwerk van contracten en regelgeving. Dit benadrukt de noodzaak voor duidelijkheid en naleving van vastgestelde protocollen.

De schikking tussen Celsius en Tether biedt een belangrijk precedent voor toekomstige interacties in de crypto-ruimte. Het benadrukt de waarde van contractuele naleving en de mogelijkheden voor geschillenbeslechting, zelfs in uitdagende omstandigheden. Wat betekent dit voor de toekomst van de cryptocurrency? Blijft er ruimte voor vernieuwing en samenwerking, of worden we geconfronteerd met meer juridische complicaties?